Hamut Camp, Filippijnen: op zoek naar de Whiskered Pitta
13 March 2010 · 16702 × bekeken
Van 1 februari tot 1 maart 2008 maakte ik samen met mijn broer Frans een vogel trip naar de Filippijnen. Aangezien het onze eerste trip was naar dit land, besloten we in eerste instantie de min of meer "standaard" route op de Filippijnen te volgen. Dus we bezochten Mount Makiling, Mount Polis en Candaba Swamp op Luzon, Mount Kitanglad en PICOP op Mindanao en het eiland Palawan. We lieten een lokale vogelaar, Tim Fisher, alle logistiek voor ons regelen en ondanks het feit dat we veel regen hadden, hadden we een fantastische trip. We observeerden 148 endemen.
Blik op Mount Hamut - Sierra Madre Mountains (Frans Hendriks)
Toen we onze reis aan het voorbereiden waren, stelde ik voor om aan het eind van de reis, de trekking naar Hamut Camp in de Sierra Madre Mountains (Noord-Luzon) te doen, met name om de bijna mythische Whiskered Pitta te vinden. Pitta's horen tot de meest gewilde soorten onder vogelaars die de (sub)tropen afstruinen op zoek naar bijzondere soorten. Het zijn de "jewels of the forest floor" en iedere vogelaar herinnert zich het moment dat hij/zij zijn/haar eerste pitta in beeld kreeg. Er worden op dit moment 32 soorten pitta's erkend, waarvan sommige soorten relatief gemakkelijk te vinden zijn maar anderen juist heel moeilijk. Een aantal soorten wordt ook ernstig bedreigd doordat hun habitat verloren gaat. De meeste soorten komen voor in de (sub)tropische bossen van Azië, 2 soorten in Australië, enkele soorten op eilanden rond Australië en 2 soorten in Afrika. Een Belgische vogelaar, Filip Verbelen, slaagde er als eerste in om alle pittas in de wereld waar te nemen en vorig jaar (2009) zag een Engelse vogelaar, Chris Gooddie, alle pittas in één jaar!!! Als je daar meer over wil lezen kan je terecht op de Pittas World website. De Whiskered Pitta is een zeldzame en bedreigde, endemische soort die maar op enkele plekken op Luzon (Philippijnen) voorkomt. De grootste dichtheid tussen de 900 en 1400 meter.
Om een lang verhaal kort te maken, ik mailde Tim en hij zorgde ervoor dat we een lokale gids, dragers en koks voor 5 dagen tot onze beschikking hadden voor onze tocht naar Hamut Camp. En dus reisden we op 23 februari vanaf Mount Polis naar Tuguegarao, een kleine stad in Noord Luzon. We reden praktisch de hele dag in de stromende regen. Was dit een voorteken voor wat komen ging? In Tuguegarao namen we onze intrek in een aardig hotel in het centrum van de stad. De avond werd besteed aan het uitzoeken van de bagage, die mee zou gaan de berg op. In ieder geval regenponcho, regenbroek, gamaches en een klein parapluutje. Het regende de hele nacht verschrikkelijk.
Jeepney (Frans Hendriks)
24 Februari
De volgende morgen stonden we om 5.00 in de ochtend in de lobby van ons hotel klaar. Aquilino Escobar, de plaatselijke gids zou ons met zijn jeepney rond die tijd komen oppikken. Een jeepney is een verlengde open jeep, vaak fraai gedecoreerd, die gebruikt wordt om passagiers mee te vervoeren in de Filippijnen. Uiteindelijk arriveerde hij bijna 3 uur later. Het bleek dat hij vast had gezeten in een modderstroom toen hij heel vroeg in de ochtend van zijn dorp, Baliwag, aan de voet van de berg, was vertrokken om ons op te pikken. De weg bleek na de vele regen een nachtmerrie. Nadat we nog in een plaatselijke supermarkt een hoop proviand hadden ingeslagen, vertrokken we naar zijn dorp, Baliwag. Hier ontmoeten we onze "crew", vijf jongens uit het dorp die ons de komende 5 dagen zouden begeleiden.
Rond 12 uur vertrokken we, lichte regen afgewisseld met korte droge periodes. We hebben allemaal wel eens de ervaring gehad dat we over zware kleigrond lopen en dat die klei aan schoenen/laarzen blijft plakken, waardoor het zware kleiklompen worden. Nu, die ervaring hadden wij dus terwijl we begonnen aan de beklimming van de berg in de richting van camp 1. Niet dat de beklimming op zich erg steil was, maar doordat het extreem slipperig was en door die modder, werd het gewoon een zware tocht. Onze dragers trokken al snel hun schoenen uit en liepen op blote voeten de berg op.
Halverwege de middag kwamen we aan in camp 1 (500 m. hoogte) en daar troffen we tot onze verrassing een tenten kamp en een 20-tal (!) dragers aan van een andere groep. Het bleek dat die dag Tim Fisher met vier vogelaars zou afdalen van camp 2 naar camp 1. Hij was de begeleider/gids van een "Remote Philippines Trip" van BirdQuest. Ondanks de druilerige regen begonnen Frans en ik te vogelen rond het camp, terwijl onze dragers ondertussen ons kamp in orde brachten. Ze spanden een groot zeil tussen een paar bomen, met daaronder een aantal tentjes en een plek om te koken. Rond het camp zagen we Blackish Cuckoo-Shrike, White-lored Oriole, Philippine Cuckoo-Dove, Luzon Hornbill, Fiery Minivet, Lemon-throated Leaf-Warbler, Blue-headed Fantail en Elegant Tit. Aan het eind van de middag arriveerde Tim en zijn groep. Ze hadden een verschrikkelijke tocht naar beneden gehad en zagen eruit alsof ze recht uit een tournooitje modderworstelen kwamen. Tim had een vervelende, gapende wond op zijn voorhoofd, omdat hij tijdens de afdaling in de bamboe gevallen was. De wond zou eigenlijk gehecht moeten worden maar dat is een beetje moeilijk op zo'n afgelegen plek. Ik denk dat het litteken op zijn voorhoofd hem de rest van zijn leven aan deze tocht zal blijven herinneren. In een mail had ik nog aan Tim gevraagd of rubberlaarzen een aanrader was om mee te nemen. Dat was in deze tijd van het jaar niet echt nodig was zijn antwoord. Nu, als ik ooit behoefte had gehad aan goede rubber laarzen, dan was het wel hier! We besloten samen te eten en ervaringen uit te wisselen. Ze hadden al die dagen zeer slecht weer op de berg gehad en daardoor een groot aantal target soorten, waaronder de Whiskered Pitta, gemist. Een kleine opsteker was dat tijdens het eten een Philippine Scops Owl begon te roepen en binnen vijf minuten hadden we die prachtig in de spotlight. Frans en ik hoopten ondertussen dat na al die regen van de afgelopen dagen wij meer geluk zouden hebben, in ieder geval wat het weer betreft!! Tijdens de nacht regelmatig zware buien.
Henk en de crew in de aanloop naar Mount Hamut (Frans Hendriks)
25 Februari
De volgende ochtend vroeg vertrokken Tim en de Birdquest groep. Ze moesten nog flink doorlopen omdat ze een vliegtuig van Tuguegarao naar Manila moesten halen. Terwijl ons bivak werd afgebroken begonnen we te vogelen rond het kamp. Het was mistig, klam en van tijd tot tijd regende het licht. We zagen enkele Philippine Tailorbirds en best of all waren waarnemingen van Blue-breasted Flycatcher en White-fronted Tit. Toen begonnen we aan de klim naar camp 2. Langzaamaan, al vogelend, klommen we de berg op. Frans had een inklapbare wandelstok meegenomen en Aquilino had voor mij een bamboostok gesneden. Het waren onmisbare items om nog enigszins overeind te blijven tijdens deze klim. Later bleken ze nog veel belangrijker te zijn op de weg naar beneden. Als we zo'n spekgladde, modderige, steile helling opmoesten ramde ik die stok in de modder, trok me eraan op enzovoort. Op de wat beter begaanbare stukken zagen we al snel nieuwe soorten zoals onze eerste Golden-crowned Babblers, Luzon Striped Babbler en Stripe-headed Rhabdornis. Halverwege speelde ik the roep van de Whiskered Pitta af en tot mijn verbazing riep onmiddellijk een vogel terug. We kropen wat de vegetatie in en probeerde de vogel verder in te tapen maar helaas liet de vogel zich niet verleiden. Ietwat later en hoger op de trail observeerden we een schuwe Luzon Bleedingheart, een zeldzame grondduif met als opvallend kenmerk een opvallende rode spot op een witte borst, die zich kort maar goed liet zien. Vlakbij camp 2, troffen we een broedende Cream-bellied Fruit-Dove op het nest. Met dank aan Tim Fisher. We arriveerden bij Hamut Camp (camp 2 - 1500 m. hoogte) in zware regenval. Hamut Camp is gelegen in een vochtige, donkere vallei, vlakbij een stroompje. Het diner bestond uit rijst, beef en bonen. We probeerden ons wat te drogen bij een houtvuur en om 19.00 uur (!!) kropen we in onze slaapzakken.
26 Februari
Bij het krieken van de dag waren we op en tot onze opluchting was het redelijk droog. Zo nu en dan wat lichte regen. Eerst checkten we een gebiedje, vlakbij ons camp, wat traditioneel een goed stuk is voor de pitta. We speelden een aantal keren de tape maar geen reactie. Toen begon het verschrikkelijk te regenen en het enige wat we konden doen, was vanonder het tussen de bomen gespannen zeil, ietwat mistroostig het bos in kijken.
Camp 2 (Hamut Camp) - Mount Hamut (Frans Hendriks)
Het was enorm vochtig, nat en klam. Zeer onaangenaam. Toen het in de middag wat minder zwaar regende, trokken we al onze regenkleding aan en vogelde van camp 2 tot een uitzichtpunt en vandaar een stuk over de zogenaamde Ridge-Trail. Op de Ridge Trail vonden we de zeldzame Sierra Madre Crow, waarvan we twee vogels prima zagen. Een aantal keren hoorden we een Pitta roepen in de vallei beneden ons maar nooit dichtbij genoeg om een kans te maken om hem ook echt te zien. We begonnen te begrijpen waarom het zo moeilijk is om deze soort in beeld te krijgen. Ik moest denken aan een bekende Engelse vogelaar die al drie keer tevergeefs de tocht naar Hamut Camp had gemaakt voor de Whiskered Pitta. Of die Amerikaanse vogelaar die na drie dagen zoeken een Pitta vond in een val van een lokale stroper! We keerden terug naar ons camp en na rijst, beef en bonen, controleerden we ons zorgvuldig op eventuele aanwezige bloedzuigers.De hele nacht zware regen.
27 Februari
De volgende morgen nog steeds zware regen. Na een paar uur werd het even droog. We besloten nogmaals het gebiedje achter ons camp te checken. Toen ik hier de roep van de Pitta afspeelde, zag ik uit mijn ooghoeken een beweging en tot mijn stomme verbazing zag ik een Whiskered Pitta, zonder dat de vogel terugriep, in onze richting huppen. Ik siste naar Frans: "Pitta, komt naar ons toe, niet bewegen". Terwijl ik bleef spelen, cirkelde de pitta op zo'n 10 meter om ons heen, vol in beeld. Dat was natuurlijk een geweldig moment dat we na al die moeite, onder deze zware omstandigheden, onze target soort uiteindelijk in beeld kregen en gedurende enkele minuten prachtig konden bekijken. Het was mijn 21ste pitta soort.
Whiskered Pitta Pitta kochi, Hamut Camp, Filippijnen, februari 2007 (Leif Gabrielsen).
Nog geen vijf minuten later begon het weer te stortregenen, wat ons opnieuw terugdreef onder ons zeil. Die dag probeerden we nog een aantal keren om te gaan vogelen in de directe omgeving maar keer op keer werden we geconfronteerd met zware buien. Hierdoor werden onze kansen om enkele andere zeldzame skulkers die in dit gebied voorkomen te vinden, tot praktisch nul gereduceerd. 's Middags werd de regen minder en zo nu en dan was het zelfs even droog. We besloten om naar het view point te lopen. Aangekomen op het view point zag Frans op een bepaald moment een grote rover aan komen vliegen en beneden ons landen op een brede, kale tak. Toen we onze kijkers op deze vogel richtten, konden we onze ogen niet geloven, een Philippine Eagle! Nu hadden we deze soort al fraai gezien op Mount Kitanglad op Mindanao, langsvliegend met een vliegende eekhoorn in zijn klauwen op weg naar zijn nest, maar dat we de arend ook hier op Luzon zagen was een complete verrassing. Het was onder de gegeven omstandigheden waanzin om een statief met scoop de berg op te slepen maar hier had ik toch echt wel vijf minuten een telescoop tot mijn beschikking willen hebben om deze vogel formaatvullend te kunnen bekijken. Na 15 minuten verdween de arend in de vallei beneden ons. Bij dit view point zagen we ook twee Grand Rhaddornissen, waarmee we het trio Rhabdornissen (Een endemische familie van de Philippijnen) vol maakten. Op de ridge-trail zochten we nog naar een andere target soort, de Flame-breasted Fruit-Dove, een zeldzame en ook zeer fraaie duif. Die zagen we niet maar wel Cream-bellied Fruit-Dove, Yellow-breasted Fruit-Dove en Black-chinned Fruit-Dove. Later in de middag weer zware regenval. Dinner met rijst, beef en bonen. Ondertussen begonnen onze voeten te schimmelen en onze schoenen uit elkaar te vallen. Al onze kleren waren vochtig en klam. Het was een genot om in je droge, warme slaapzak te kruipen. Alleen moest je volgende ochtend weer je vochtige sokken en de rest van je kleren aantrekken.
28 Februari
Vandaag zouden we al vogelend afdalen naar camp 1. Het weer was vanmorgen beter. Droge periodes met afwisselend buien. Frans en ik hadden al met elkaar afgesproken dat wanneer het nog steeds zou regenen als we in de middag zouden arriveren in camp 1, we in één ruk terug naar het dorp aan de voet van de berg zouden lopen. Hoogtepunt was tussen de buien en de mistflarden door de waarneming van twee Flame-breasted Fruit-Doves. De afdaling was van tijd tot tijd extreem moeilijk. Steile, door de modder zeer gladde hellingen waar je zo met een slee naar beneden zou kunnen glijden. De tactiek was hier opnieuw om voor je een stok in de modder te rammen, dan afglijden naar die stok en op die manier verder de helling af te gaan. Toch was het onvermijdelijk dat we van tijd tot tijd onderuit gingen. Bij een van die glijpartijen bezeerde Frans zijn schouder. Later bleek zelfs dat hij zodanig geblesseerd was geraakt dat hij een jaar later een zware operatie aan zijn schouder moest ondergaan. Een vermeldingswaardige waarneming deden we ongeveer halverwege de afdaling. Op een bepaald moment hoorde ik een constant herhaald "tsip"geluid en toen ik de ondergroei afzocht zag ik een kleine zanger met een zeer korte staart. De vogel liet zich goed bekijken en ik realiseerde me toen dat ik naar een Asian Stubtail stond te kijken, een soort die ik o.a. in Thailand en China had gezien. Aangezien de soort niet in de veldgids van de Philippijnen vermeld stond wist ik dat dit een bijzondere waarneming was. Op dat moment ging ik ervan uit dat het een nieuwe soort voor de Philippijnen was. Snel maakte ik een aantal aantekeningen. Ik heb later de waarneming bij de rarity committee van de Philippijnen ingediend en deze is ook aanvaard. "Helaas" was het niet de eerste maar de tweede waarneming voor de Philippijnen. In 1999 werd de eerste waarneming gedaan op Panay. (J.Hornbuckle et all)
Toen we bij camp 1 aankwamen ..... regende het! Dat betekende dat we ontbrekende soorten zoals Sooty Woodpecker, Rufous Coucal en Furtive Flycatcher wel op onze buik konden schrijven en dus vertelden we Aquilino dat we door wilden naar beneden. Behoorlijk uitgeput kwamen we uiteindelijk (na nog eens vier uur stevig doorlopen) in het dorp aan en nadat we afscheid hadden genomen van onze crew werden we door Aquilino naar ons hotel in Tuguegarao gereden. Eerlijk gezegd schaamden we ons over de manier waarop we eruit zagen. Nat, goor en onder de modder stonden we voor de balie in de lobby. Maar de Philippijnse meisjes achter de balie deden of het gewoonste zaak van de wereld was dat mensen op deze manier een hotel binnenstapten en lachten ons vriendelijk toe. We zijn daarna nog uren bezig geweest om onze spullen op onze kamer enigszins schoon te maken en regelmatig viel er nog een bloedzuiger uit een kledingstuk. Na een heerlijk diner (in ieder geval geen rijst, beef en bonen) vielen we als een blok in slaap.
De volgende morgen werd ik wakker en toen ik naar een gordijn keek zag ik langzaam een bloedzuiger omhoog kruipen.....Ach, iedereen iedereen heeft recht op zijn eigen afwijking, sommige mensen noemen dat een hobby. De mijne is nu eenmaal vogels kijken, soms op vreemde, afgelegen plekken en ook soms onder minder aangename omstandigheden. Voor het hele verslag van onze trip, klik hier.
Henk Hendriks
PS. Ter gerustelling: Er zijn ook vogelaars die al binnen enkele uren nadat ze arriveerden in camp 1, een Whiskered Pitta in beeld kregen!!
Discussie
Daniel Benders
·
13 March 2010 14:44
Daniel Benders
·
14 March 2010 16:20
Henk Hendriks
·
14 March 2010 23:34
Ben Wielstra
·
16 March 2010 19:23
Jan van der Laan
·
17 March 2010 09:18
Gebruikers van het forum gaan akkoord met de forumregels.