Dutch Birding

September 2024

8 October 2024  ·  Wim Wiegant  ·  2024 × bekeken

Na een record-warm begin werd september in de tweede helft gezellig winderig. Het aantal zeldzame soorten liet enigszins te wensen over, op één echte knaller na, en de zeevogels in de tweede helft van de maand waren ook niet erg bijzonder. Maar goed, er is altijd wel wat te wensen over. Laten we de gebeurtenissen maar weer eens rustig doornemen...

Hoogtepunten

Veldrietzanger

De derde veldwaarneming van de Veldrietzanger was het overduidelijke hoogtepunt van de maand. Hoewel er al 43 gevallen van deze soort in Nederland waren, en de soort hoogstwaarschijnlijk al heeft gebroed in Nederland, was het voor velen de algemeenste soort die ze nog nooit in Nederland hadden gezien. Na de ontdekking van de vogel werd het bezoek strak geregisseerd, en dat kunt u allemaal hier lezen.

Veldrietzanger Acrocephalus agricola, Zijpe (NH), 2 september (Toy Janssen)

Siberische Sprinkhaanzanger

Na de Veldrietzanger van hierboven is de Siberische Sprinkhaanzanger voor heel veel vogelaars natuurlijk gestegen in de lijst van meest gewenste soorten om in het veld te zien. Zover is het echter nog niet. Wel werd een vogel gevangen op Vlieland op 29 september. Acht van de nu dertien gevallen van deze soort komen van de ringbaan in Castricum (NH), dus misschien is binnenzijde van de Hondsbossche Zeewering (NH) wel de beste plek voor een volgende veldwaarneming.

Siberische Sprinkhaanzanger Locustella certhiola, Vlieland (Fr), 29 september (Carl Zuhorn)

Overzicht

Eenden en ganzen

Een verrassende Witkopeend bezocht het Eemmeer op 15 september. Mogelijk was het dezelfde vogel als die eerder vlak over de grens in Niedersachsen, Duitsland, werd gezien van 27 augustus tot 12 september. Nu wordt het spannend hoe de Commisie der Dwaalgasten van de Nederlandse Avifauna het geval gaat beoordelen. Tenslotte werden de vogels van augustus 2023 in de Biesbosch met een lang en redelijk overtuigend verhaal afgewezen, op basis van de broedbiologie, en niet op de geruchten van ontsnapping. Zou een nieuw patroon in het voorkomen van de Witkopeend zich aan het aftekenen zijn?

Witkopeend Oxyura leucocephala, Eemmeer (U), 15 september (Alexander van Twillert)

De vroegste Witbuikrotganzen ooit werden dit jaar al op 2 september gezien, terwijl ze langs Schiermonnikoog vlogen. Het ging om twee vogels. Daarbuiten was er nog een waarneming, maar dat was op 25 september, bij Den Oever (NH). De Dwergganzen van het Oudeland van Strijen (ZH), die tot de middelste week van maart hadden standgehouden, druppelden vanaf de laatste week van september weer binnen. Op 24 september werden er alweer zeventien geteld. Zo'n 15 tot 20 Witoogeenden lieten ons weten dat het programma om vogels uit te zetten in Duitsland waarschijnlijk een succes genoemd mag worden. Groepjes van vijf, vier en drie werden gezien in respectievelijk het Nuldernauw (Gld), de Wieden (Ovl) en bij Dedemsvaart (Ovl). Amerikaanse eenden die in Nederland hun vleugelrui doormaken, we zijn er inmiddels al bijna aan gewend. Van de Ringsnaveleend waren er twee, vanaf 14 september in het Vogelmeer in de duinen van Zuid-Kennemerland (NH) en vanaf 21 september in Heerhugowaard, waar we de vogel al eerder hebben kunnen zien.

Ringsnaveleend Aythya collaris, Vogelmeer, Zuid-Kennemerland (NH), 26 september (Lars Buckx)

Ook de Kleine Toppers kwamen weer in hun nieuwe pak terecht. De hele maand was er een te bewonderen op het Vogelmeer in Zuid-Kennemerland (NH), bij de Ringsnaveleend van hierboven, en een tweede werd op 17 september gevonden in Delta Schuitenbeek bij Nijkerk (Gld). De derde Amerikaanse ruier was de Amerikaanse Smient die nog tot 12 september in de Kwade Hoek op Goeree (ZH) zat.

Stormvogels en -vogeltjes

Op zo'n negentien plekken langs de kust werden Vale Stormvogeltjes gezien. Het waren allemaal eenzame vogels op drie vogels langs Westkapelle (Zld) op 27 september na. Grauwe Pijlstormvogels werden in de eerste helft van de maand gezien in ongeveer alle uurhokken die aan zee grenzen, met langs Westkapelle 156 exemplaren op 11 september, en 144 op 9 september, waarvan 90 in één uur. Tussen 9 en 11 september werden zo'n 20 Noordse Pijlstormvogels gezien langs de kust, waarvan elf op 11 september langs Westkapelle (Zld). Tussen 8 en 11 september werden ook nog negen Vale Pijlstormvogels gezien op bekende zeetrekplekken.

Gierzwaluwen

Het nieuw-normale seizoen van de Vale Gierzwaluw werd dit jaar vroeg afgetrapt met een waarneming op een a-typische locatie, in Emmen-Bargeres (Dr). Na het eerste voorjaarsgeval dit voorjaar, op 10 april n het Markiezaat bij Bergen op Zoom (NB), is onduidelijk wat we allemaal nog van deze soort kunnen verwachten. We houden ons hart vast.

Waders tot meeuwen

Najaarswaarnemingen van de Griel, daar loopt Nederland niet van over. Volgens de onovertroffen website waarneming.nl komt slechts 0,6 % van de waarnemingen van de Griel uit augustus. Wie zijn wij om daaraan te twijfelen? Op 8 augustus werd er in het donker eentje gehoord over de Springertduinen bij Ouddorp (ZH). Hoewel het oppervlak van Texel maar iets meer dan 1/180e deel van Nederland beslaat, wordt een op de zes Amerikaanse Goudplevieren van Nederland op Texel gezien. Dat is natuurlijk minder bijzonder dan het lijkt, want buiten de provincies die aan zee grenzen zijn er maar ongeveer acht gevallen van deze soort, waarvan nul in Drenthe, van de in totaal circa 80 gevallen. Ook deze maand was het weer raak op Texel. Op 7 september werd een overvliegende vogel gezien, en vanaf 16 september tot aan het einde van de maand verbleef er een in het noorden van het eiland.

Amerikaanse Goudplevier Pluvialis dominica, Schorrenweg, Texel (NH), 30 september (Steven Dechène)

Tot 1 september was een Aziatische Goudplevier te zien op Schiermonnikoog (Fr). Vanaf 4 tot 7 september was er een te zien in de Eempolder (U). Daarna was er een aanwezig van 17 tot 20 september op Sint Philipsland (Zld). Tot slot was er op 24 en 25 september een te zien in de Ezumakeeg (Fr). De Morinelplevier wordt tegenwoordig op meer dan tweemaal zoveel locaties vastgesteld dan zo'n vijftien jaar geleden. De verdeling over het land is echter vrijwel hetzelfde als die van 15 jaar geleden. Naar de oorzaak mogen we raden, hoewel het toenemend aantal trektellers mogelijk een oorzaak is. Hoe het ook zij, in 69 uurhokken werd de soort vastgesteld, waarvan tien op Texel. De meeste waarnemingen betroffen eenlingen, maar soms werden groepjes gezien, tot maximaal vier op Texel (NH) op 6 september.

Morinelplevier Charadrius morinellus, Vlieland (Fr), 22 september (Rommert Cazemier)

In de Nek bij Schellinkhout, vlakbij Hoorn (NH), was van 5 tot 16 september een Blonde Ruiter aanwezig. De vogel deed het goed bij de fotografen.

Blonde Ruiter Calidris subruficollis, Schellinkhout (NH), 14 september (Jaap Denee)

Zo'n tien tot vijftien Gestreepte Strandlopers werden er gezien, waarvan de vogel in de Lingezegen bij Arnhem het populairst was. Twee Poelsnippen werden deze maand opgemerkt, een in Berkheide (ZH) op 9 en 10 september, en een in de Zuidplaspolder bij Waddinxveen (ZH) op 15 september. Deze laatste was ook de eerste waarvan de roep in Nederland werd opgenomen, en dat kun je hier horen.

Poelsnip Gallinago media, Waddinxveen (ZH), 15 september (Nick Peeters)

Van 8 tot 10 september was een Steppevorkstaartplevier aanwezig bij Vriezenveen (Ovl). Vanaf ongeveer 1980 laat deze soort een min of meer regelmatig voorkomen in Nederland zien met 0,85 waarneming per jaar. Soms is het meer, en soms is het minder, maar dat gaat zo met de statistiek! Er zijn in ieder geval geen duidelijke aanwijzingen voor een afname of toename. Is de Kleinste Jager het waard om in deze rubriek te worden vermeld? We zouden denken dat het hier een grensgeval betreft. Ter plaatse verblijvende vogels, daarentegen, blijven altijd de moeite waard.

Kleinste Jager Stercorarius longicaudus, Katwijk aan Zee (ZH), 11 september (Joas de Vreugd)

Van de Vorkstaartmeeuw vernamen we geen opvallend nieuws, op één opmerkelijk feit na: de grootste groep ooit, vier stuks, vloog op 11 september tussen Kokmeeuwen naar zuid langs Westkapelle (Zld). Verder werden er langs de kust nog zo'n tien à vijftien gezien.

Roofvogels

Het moderne trio gematigd zeldzame zomer- en herfstroofvogels, Grijze Wouw, Slangenarend en Steppekiekendief, was weer aardig vertegenwoordigd. Op 3 september werd een Grijze Wouw gezien in de Eempolders (U), en een mogelijke werd op 4 september gezien in Schoondijke (Zld). Vervolgens werd er op 12 september een gezien in Sellingen (Gr), en na 29 september verbleef er een in de duinen van de noordelijke helft van Texel (NH). Op de Veluwe, te weten bij Terlet, op de Hoge Veluwe en in de Planken Wambuis (Gld) verbleven de eerste helft van de maand nog enige Slangenarenden, waarschijnlijk maximaal twee. Daarbuiten werden er nog vogels gezien bij Vriezenveen (Ovl) op 9 september, in de Oostvaardersplassen (Fl) op 15 september, en natuurlijk op het Fochteloërveen, waar er ook twee werden gezien, tot 16 september. In niet minder dan 39 uurhokken werden Steppekiekendieven gezien. Deze al jaren onbegrijpelijk hoge aantallen waren niet opvallend afwijkend van die van de laatste jaren.

Steppekiekendief Circus macrourus, Kockengen (U), 7 september (Paul van Agthoven)

Spechten tot klauwieren

Niet dat de Draaihals zo zeldzaam is, maar de meesten van ons zien ze ook niet de hele tijd. Dat is een goede reden om een leuke foto van een najaarsgeval in deze rubriek op te nemen!

Draaihals Jynx torquilla, Noordpolderzijl (Gr), 16 september (Sybrand de Bruin)

In het flinke aantal van 315 uurhokken (van de 1662 "droge" uurhokken die Nederland volgens de Vlinderstichting telt) werden Roodpootvalken waargenomen. Dat is bijna 19% van alle uurhokken in Nederland, overigens vooral in de eerste twee decaden van de maand. De aantallen waren ongeveer net zo hoog als twee jaar geleden.

Roodpootvalk Falco vespertinus, Loozerheide (L), 10 september (René Weenink)

Van 6 tot 8 september zat een eerstejaars Kleine Klapekster bij Huis ter Heide bij Tilburg (NB). De jonge vogel kreeg heel wat belangstelling.

Kleine Klapekster Lanius minor, Leikeven, Huis ter Heide (NB), 8 september (Mark Broos)

Kleine vogeltjes

In een geruststellende 110 uurhokken werden Bladkoningen vastgesteld. Wat ons daarover vooral tevreden maakt, is dat vroeger, zo'n 30 jaar geleden, de Bladkoning vooral in kustlocaties werd vastgesteld. Deze maand was dat in zo'n 35% van de gevallen niét zo. Dat kan worden opgevat als een duidelijke vooruitgang in de vaardigheden in de determinatie van zeldzamere vogels en vogeltjes van de gemiddelde vogelaar. Zo'n 15 - 20 Sperwergrasmussen werden gezien en gevangen in september, op één na allemaal op typische plekken voor de soort aan de kust. Die ene niet aan de kust was in de Ooijse Graaf bij Nijmegen (Gld).

Sperwergrasmus Sylvia nisoria, Texel (NH), 21 september (Alex Bos)

De Siberische Sprinkhaanzanger, de soort die vroeger de veel romantischer naam Siberische Snor droeg, is, net als de Veldrietzanger, een soort die vele malen vaker wordt gevangen dan in het veld wordt gezien. Op 29 september werd er een gevangen op Vlieland (Fr), en dat was al de twaalfde vangst van de soort in Nederland. Het aantal veldwaarnemingen staat op een teleurstellende één. De vangst op Vlieland betrof overigens het eerste geval voor de het Waddengebied. De soort met bijna de hoogste verhouding tussen het totaal aantal gevallen van levende vogels en het aantal veldwaarnemingen, dat was niet de Siberische Sprinkhaanzanger, met slechts één veldwaarneming op twaalf gevallen, maar het was tot 2 september de Veldrietzanger, met slechts twee veldwaarnemingen op niet minder dan 43 gevallen. De verhouding daalde sterk met de waarneming op 2 en 3 september, maar de soort staat met deze verhouding nog steeds op plaats twee van de ranglijst van soorten met een hoge verhouding tussen gevallen en veldwaarnemingen. Op de gedeelde eerste plaats van deze ranglijst staan soorten waaraan u nog niet onmiddellijk had gedacht, Rosse Gors, Sykes' Spotvogel en Steenortolaan, met één vangst en nul veldwaarnemingen. De genoemde verhouding is dan oneindig hoog, of niet gedefinieerd, afhankelijk van uw wiskundige smaak.

Veldrietzanger Acrocephalus agricola, Zijpe (NH), 3 september (Wim van Zwieten)

Het feit dat de Veldrietzanger werd gevonden door het afspelen van geluid roept de vraag op wanneer je nu geluid mag afspelen en wanneer je dat beter niet kunt doen. Tijdens de broedtijd is het natuurlijk not done, maar hoe is het daarbuiten? Het DB Terugblik-team houdt zijn hart vast voor de komende weekeinden met veel zoekende vogelaars op Texel en Vlieland. Wordt het een oorverdovend en onafgebroken concert van geluidsopnames van Amerikaanse en Oostaziatische zeldzaamheden, of zal het volk zich voorbeeldig gedragen en blijft het lekker stil, met af en toe een geluidje van een van de gewenste zeldzaamheden? We wachten met spanning af!

Terug naar de feiten: na de adulte Roze Spreeuwen in augustus en tot 3 september op Texel (NH), werd het tijd voor juveniele vogels: deze werden in en bij de Slufter op Texel gezien van 14 tot 16 september, terwijl er ook een werd gezien bij Ferwert (Fr) op 18 september. De Goudlijster is nog zo'n soort waarvan er maar heel weinig veldwaarnemingen zijn, ongeveer vijf. Maar, in tegenstelling tot Veldrietzanger en Siberische Sprinkhaanzanger, bestaat bij de Goudlijster een groot deel van de gevallen uit aanvaringen met ramen. Dit was het zestiende geval van een doodgevonden vogel, op een totaal van 24 gevallen.

Goudlijster Zoothera aurea, Noordhollands Duinreservaat (NH), 22 september (Luc Knijnsberg)

De laatste tien jaar zijn er meer Blauwstaarten in Nederland gezien dan in alle jaren daarvoor. De verwachtingen voor dit jaar zijn dus weer hooggespannen. Deze voormalige iconische soort, die nog steeds gewoon een enorm gave soort is, liet zich voor het eerst van het jaar zien op 29 september op Texel (NH). Deze maand werden elf Kleine Vliegenvangers gezien in het land. Op 18 september werden exemplaren gezien op Rottumerplaat (Gr), en in Aalten (Gld). Op 20 september volgde er een op Vlieland (Fr), gevolgd door vogels bij de Zuidpier van IJmuiden (NH), aan de Hondbossche Zeewering (NH) en bij Noordwijk (ZH) op 21 september. Op 22 september zat er weer een op Vlieland. In het Noordhollands Duinreservaat was er een aanwezig op 23 september, en op de Maasvlakte (ZH) werd er een goed bezocht op 28 en 29 september. Buiten de veldwaarnemingen waren er ook nog twee ringvangsten, op Schiermonnikoog (Fr) en bij Castricum (NH). Het was dus een weelde, vergeleken met de slechts twee waarnemingen van vorig jaar

Kleine Vliegenvanger Fidecula parva, Maasvlakte (ZH), 28 september (Wietze Janse)

Siberische Boompiepers op geluid herkennen, dat is tegenwoordig de gewoonste zaak van de wereld. De eerste werd gehoord op 3 september bij Diemen (NH), snel gevolgd door een vogel bij Vlaardingen (ZH) op 6 september. Na twee weken rust werden weer vogels gemeld op 21 september in de Maashorst (NB), op 23 september in Zuid-Kennemerland (NH) en op Vlieland (Fr), op 24 september weer op Vlieland (Fr), op 28 september in Westkapelle op Walcheren (Zld) en een dag later bij Noordwijk (ZH), met een laatste voor deze maand langs Camperduin (NH) op 30 september.

...en in de grote of kleine Westelijke Palearctis...?

De eerste helft

De eerste decade van september leverde niet zo veel op in de WP, behalve de tweede Soraral voor IJsland, die gevangen, verzorgd en weer vrijgelaten werd. De westenwind die volgde bracht Groot-Brittannië een Dwerglijster op St. Kilda en een Tennesseezanger op Fair Isle. De eerste Kaapverdische Pijlstormvogel voor het Europese vasteland werd gezien in Baskenland, Spanje, op 15 september. Op dezelfde dag werd bewezen dat de Wilgengors nog bestaat: er werd er een gezien in Spanje. Ook op dezelfde dag werd de eerste Moltoni’s Baardgrasmus, een mannetje, vastgesteld op de Faeröer Eilanden. De Spotlijster, die sinds 1 september verbleef nabij Bonn, is pas het 5e geval voor de WP en trok, na de bekendmaking op de 19e, vele internationale waarnemers.

Amerikaanse Spotlijster Mimus polyglottos, Niederkassel, Duitsland, 21 september (Jan Hein van Steenis)

De tweede helft

De oostenwind vanaf medio september bracht 400+ Bladkoningen in Groot-Brittannië in een weekend. De tweede Oessoerifitis voor Engeland en de WP verbleef vanaf 25 september bij Bempton Cliffs. De vogel was eerst zeer lastig en werd pas op 27 september definitief op naam gebracht. De daaropvolgende dagen liet de vogel zich fraai zien en horen aan de vele bezoekers. Het eerste geval betrof een dood gevonden vogel op de Scilly Eilanden in 2016. Er is nog een geval uit 2012 in Engeland, maar omdat die vogel niet riep kon deze niet op naam worden gebracht en is deze aanvaard als Oessoerifitis / Japanse Fitis (Phylloscopus tenellipes / borealoides). De Petsjorapieper op 22 september op Helgoland was erg ril en werd door slechts een handvol waarnemers gezien. De vogel op de Shetlandeilanden in Groot-Brittanië liet zich daarentegen langdurig en op slechts enkele meters bewonderen vanaf de 28 september.

Serieuze kandidaten voor Nederland

Aziatische Wespendieven werden gezien op Malta (eerste geval), Finland (tweede) en Cyprus (zevende). Het lijkt een kwestie van tijd dat trektellers in Nederland deze soort ontdekken. Een nieuw geval zou ook aanstaande moeten zijn voor de Bruine Gent, met een twitchbaar geval in Denemarken en een langsvliegende vogel bij Falsterbo deze maand - derde geval voor Zweden. De Amerikaanse Blauwe Kiekendief in Ierland kreeg vanaf de 25 september gezelschap van een tweede exemplaar. Een paartje Palmtortel heeft succesvol gebroed in Bulgarije met twee uitgevlogen jongen. Vanaf 28 september verblijft een Geelkruinkwak nabij Albufeira, Portugal. Een van de spannendste kandidaten, een Aziatische Marmeralk, werd op de 29 september gezien vanaf Bretagne door twee waarnemers. Indien aanvaard betreft dit het vierde geval voor de WP. De steeds vaker gemelde Zuidpooljagers zijn nauwelijks nog het vermelden waard, maar voor de 40 exemplaren in twee dagen, op 28 en 29 september, langs Estaca de Bares, Spanje, maken we graag een uitzondering. Een Jufferkraanvogel eind september nabij Madrid maakt een goede kans op aanvaarding.

Ondertussen op de Azoren

Zoals gebruikelijk werd het pas eind september spannend op de Azoren met zangers. Eerder deze maand werden een Groene Reiger op Pico, Kleinste Strandloper, Kleine Grijze Snip en Amerikaanse Zwarte Stern op Terceira, een Amerikaanse Blauwe Reiger op Flores en een Bobolink op Corvo gezien. Het is wat op-en-neer reizen, maar dat heb je ook een leuk lijstje! Op 22 september werd een Elzenfeetiran ontdekt op Corvo, de eerste Empidonax-soort - de moeilijk herkenbare Amerikaanse vliegenvangers - voor de Azoren.

De Glazen bol

Een blik op de grote zeeschepen van de wereld, die hier is te zien, leert ons dat er uit Noord-Amerika weer van alles te verwachten valt. Sommigen hebben Nederland al de risee van Europa genoemd, omdat nog geen enkele Nederlandse vogelaar een Ovenvogel heeft weten te vinden. Wie weet wat oktober ons gaat brengen.

Ovenvogel Seiurus aurocapilla, Corvo, Azoren, 24 oktober 2017 (Gerby Michielsen)

Laten we hopen dat dit nare lot, het leven zonder Ovenvogel, ons snel ontvalt. Ieder ander Amerikaans zangertje zou ons ook goed bevallen, trouwens. Maar, om eerlijk te zijn, de kans dat we snel een Bruine Gent te zien gaan krijgen, die lijkt dan weer veel hoger...

Bruine Gent Sula leucogaster, Nabij Fogo, Kaapverdië, 3 mei (Eduard Sangster)

Of - spoiler alert! - misschien moeten we meer gokken op Aziatische wondertjes...? Natuurlijk zijn we - terug uit dromenland - ook altijd weer blij als het droog blijft op de Waddeneilanden, en dat we een leuk bladzangertje of gorsje te zien krijgen. Hoe het ook zij, en waar u ook zoekt, we wensen u en de uwen de komende maand weer veel zoekplezier...!

We willen alle waarnemers en fotografen hartelijk bedanken voor hun bijdrages aan dit verslag.
We would like to thank all observers and photographers for their contributions to this report.

Wim Wiegant

Discussie

Wim Wiegant

Wim Wiegant
 ·  8 October 2024  12:12, gewijzigd 8 October 2024  17:17

Vanzelfsprekend weer heel veel dank voor Toy Janssen, voor de ICT en Garry Bakker en invaller Diedert Koppenol voor de correctie van  spel,- stijl- en feitfouten! En natuurlijk krijgt Eduard Sangster speciale dank voor zijn overzicht van extraterritoriale gevallen uit het WP-gebied. Wat een team...!

Rob Halff

Rob Halff
 ·  8 October 2024  16:33

Ha Wim,

Mooi verslag geworden zoals we van je gewend zijn! Er is toch best weer veel gezien afgelopen maand.

Tijdens DT1 op Vlie zijn er niet één maar twee Kleine Vliegenvangers gezien op het eiland. Naast de vogel van de 20e op het Ruige Plak zat er ook een vogel op de 22e in de tuin van het RWS gebouwtje op de oostpunt. Tevens in september ook nog ringvangsten op de 21e (Schiermonnikoog) en op de 23e (Castricum). Brengt het september totaal op 11 vogels! Best veel aangezien er in heel vorig najaar maar twee veldwaarnemingen waren en geen vangsten.


Wim Wiegant

Wim Wiegant
 ·  8 October 2024  17:15

Allang aangepast...!

Arnoud B van den Berg

Arnoud B van den Berg
 ·  9 October 2024  08:58, gewijzigd 9 October 2024  09:03

Prima overzicht weer, Wim; 

'ringgeval' is een sympathiek eufemisme voor onze Rosse Gors van 5 november 1937 in Meijendel; vaak werd in die tijd zo'n zeldzaamheid door onze ornithologische voorgangers niet geringd maar 'verzameld' (en aan het huidige Naturalis geschonken (zie foto in Dutch Birding 18: 171, 1996))


Rob van Bemmelen

Rob van Bemmelen
 ·  9 October 2024  09:53

Leuk Wim! Een kleine nuance: de opname van de Poelsnip van Waddinxveen betreft de roep, en dáárvan is het (volgens mij...) de eerste. De zang is echter al eens eerder fraai opgenomen in Nederland, door oa Arnoud en Dick.

Wim Wiegant

Wim Wiegant
 ·  9 October 2024  10:03

Heren, dank voor de bovenstaande correcties.
De termen "geluid" en "ringgeval" zijn gewijzigd in "roep" en "vangst"...

Roland van der Vliet

Roland van der Vliet
 ·  9 October 2024  13:14, gewijzigd 9 October 2024  13:15

Naast de Rosse Gors komen nog wat andere soorten voor de eer in aanmerking, zoals Sykes Spotvogel en Steenortolaan. En wat de verhalen achter de specimens van soorten als Bont Stormvogeltje, Oostelijke Kraagtrap en Amerikaanse Grote Stern zijn, is met name voor de oude gevallen niet altijd duidelijk.

Wim Wiegant

Wim Wiegant
 ·  9 October 2024  15:07, gewijzigd 9 October 2024  15:13

Scherpzinnig, Roland! 
Sykes' Spotvogel en Steenortolaan, daar had ik niet aan gedacht.
Het ging over levende vogels. Bont Stormvogeltje en Amerikaanse Grote Stern betreffen dode vogels, en de Oostelijke Kraagtrap, die was voor dat-ie werd doodgeschoten natuurlijk een veldwaarneming: nul vangsten, één waarneming...!

Ik heb de tekst aangepast. 

Gebruikers van het forum gaan akkoord met de forumregels.

Feedback?