Witkeelgors te Skørping, Denemarken
12 juli 2010 · 15931 × bekeken
Hoe ga ik van een dag die hoofdzakelijk bestond uit autorijden, een aansprekend verhaal maken? Stel dat de kunst van Het Dichten zit in het combineren van "bijzinnen", misschien moet ik me nu dan maar gaan richten op de "bijzaken". Niet dat ik mezelf meteen verhef tot dichter, maar voor de inspiratie helpt het me zeker op weg.
Als, als, als...
De afgelopen maand stond m'n vizier al wat gericht op noordelijk Europa. Begin juni reed ik door Zweden en vlogen iets zuidelijker een Brilstern en Groene Bijeneter langs. "Pff...als die er morgen nog zitten, dan rijd ik terug", schoot door me heen. Op 14 juni keek ik de WK-wedstrijd Denemarken - Nederland in Kopenhagen en een dag later vloog een Siberische Gierzwaluw langs de stad. "Pff...als die er morgen nog zit, dan rijd ik terug". Als, als, als. Je hebt er helemaal niets aan!
Geen Witkruintapuit
Vorige week was het een Witkruintapuit in Denemarken die m'n hart sneller liet kloppen. Na wat mail-verkeer met Deense twitchers durfde ik het uiteindelijk niet aan om vrijdagnacht (2 juli) die kant op te rijden. Helaas bleek dat een totaal verkeerde keuze te zijn, want de vogel werd de volgende dag prachtig gezien. Hierna werden er geen excursies meer georganiseerd en had ik een unieke mogelijkheid voor deze leuke soort laten schieten.
Nieuwe ronde, nieuwe kansen
Het was echter nog niet gedaan met de buitenkansjes. Op 5 juli werd een Witkeelgors ontdekt in Skørping, Denemarken, zo'n 30km ten zuiden van Aalborg. "Dat gaat 'm worden" was eigenlijk het eerst wat me te binnen schoot. Nu ik dit jaar niet "actief" jaarlijst, twitchen de grootste "drive" blijft en Nederland opeens wel heel klein lijkt, moet ik de kick ietsje verder weg opzoeken. Opnieuw mailde ik wat Deense twitchers en vormde via hun informatie een goed beeld van de situatie en omgeving waar de Witkeelgors zich bevond.
Vrijdag 9 juli moest het gaan gebeuren. Donderdag stond nog gewoon in het teken van werk. 's Ochtends vertelde ik verstandige dingen in Wageningen, 's middags kleurde ik een beetje bij in de Blauwe Kamer (overigens een behoorlijke dorre en droge bende nu), s'avonds zat ik in Santpoort met een stel wijze twitchers plannen voor de toekomst uit te dokteren en rond 00.30 rolde ik uiteindelijk m'n nest in voor een "power nap".
1,5 uur later ging de wekker. Blakend van de energie (da's immers het doel van een power nap) sprong ik in de auto en scheurde door de nachtelijke rust ons landje uit. Osnabrück, Bremen en Hamburg waren snel gepasseerd. De Deense grens lag binnen handbereik. Eenmaal in Denemarken (ruim 5 uur vanaf Amsterdam) ging het in rap tempo door, richting het noorden. Na de snelweg verlaten te hebben vervolgde de route zich via kleine landelijke weggetjes richting Skørping, een heel klein dorpje, waar zich nu een grootse vogel bevond.
Inkoppertje
Tja... en wat ik al gedurende het schrijven van deze tekst voelde aankomen... de hoofdzaak wordt nagenoeg bijzaak. Het zien en horen van de vogel kan ik niet spannender maken dan dat het was. Je stapt om 09.45 de auto uit, in een verlaten woonwijk, waar geen vogelaar te bekennen is en je hoort de Witkeelgors al van verre z'n bijzonder zuivere en hoge deuntje fluiten. Geen zenuwslopende minuten wachten, niet nerveus zoeken of gluren in tuinen! Nee, daar zat ie gewoon, hoog in de top van een Spar, alsof er niets aan de hand was.
Eind van het verhaal? Op zich heb ik nog voldoende bijzaken om op door te gaan!
Nu zat ik daar, zonder ook maar één andere vogelaar, te kijken naar een Witkeelgors. Een heerlijk vrij gevoel en een mooie kans om in alle rust wat leuke plaatjes te schieten. Dat bleek nog niet zo eenvoudig te zijn, maar met wat geduld viel er best nog wat van te maken.
Omgeving verkennen
Nu was de koek hier echt op. Het voelde alleen wel wat kansloos om meteen weer terug te rijden naar Nederland. Via, via kwam ik in een kalkgroeve terecht, waar in een schuur een Oehoe-kast hangt. De overblijfselen van een succesvol broedseizoen waren nog zichtbaar; verspreid in het kalk onder de nestkast lagen de overblijfselen van overleden Bonte Kraaien en uit elkaar gescheurde Houtduiven. De Oehoe's zelf waren niet meer te vinden.
Via de dorpjes Terndrup, Baelum en Kongerslev kwam ik in een groot natuurreservaat waar momenteel 2 paar Zeearend broeden en afgelopen week een jonge Steenarend z'n eerste rondvluchten boven het bos heeft gemaakt. Beide soorten wisten zich vandaag goed verborgen te houden. Na een paar uurtjes door het gebied gestruind te hebben vond ik het mooi geweest. Ik had nog een aardige rit voor de boeg en tegen het eind van de middag koerste ik weer terug naar de Hollandse thuisbasis.
Alwin Borhem
Witkeelgors Zonotrichia albicollis, 10 juli 2010, Skørping, Denemarken (Alwin Borhem)
Discussie
Max Berlijn
·
12 juli 2010 10:39
Gijsbert van der Bent
·
19 juli 2010 15:35, gewijzigd 21 juli 2010 20:50
Gebruikers van het forum gaan akkoord met de forumregels.