Dutch Birding

Tjiftjaf

Phylloscopus collybita  ·  Common Chiffchaff

Datum 31 August 2011
Locatie Hedeviken, Härjedalen, Zweden
Fotograaf Ger Meesters Ger Meesters
Bekeken 6838 ×

Discussie

Arnoud B van den Berg

Arnoud B van den Berg
 ·  8 November 2011  17:49

Ik neem aan dat je deze vogel op basis van het weinige geel en groen een abietinus noemt? Op basis van een foto met zulk fel zonlicht en zonder de roep te horen, zou ik het niet durven. Misschien dat men het soms in de hand wel kan wagen (abietinus is gemiddeld wat groter dan collybita en tristis, met vleugel soms > 64).
Jelmer Poelstra

Jelmer Poelstra
 ·  8 November 2011  17:59

In Härjedalen broedt alleen abietinus (en doortrek van zuidelijke nominaatvogels is evenmin te verwachten op een enkele dwaalgast na), maar de relevantie m.b.t. de sibtijffen en oostelijke abietinus discussie lijkt me beperkt, tenzij er iets opvallends was aan deze vogel?
Arnoud B van den Berg

Arnoud B van den Berg
 ·  8 November 2011  19:31

Jelmer: weet jij hoe men heeft vastgesteld dat de tjiffen die in Harjedalen broeden abietinus zijn? Ik neem aan dat men er een hoog aantal vogels heeft gevangen om naar DNA en biometrie te kijken?
Jelmer Poelstra

Jelmer Poelstra
 ·  8 November 2011  20:14

Ik heb een donkergrijs vermoeden dat je dit net zo goed weet als ik, maar ok: in Zweden komt collybita alleen voor in het uiterste zuiden (en dit pas sinds de jaren 70), dan is er een groot gat zonder tjiftjaffen, en vanaf midden-Zweden (waar Härjedalen ligt) noordwaarts broedt abietinus. De noordelijke Zweedse vogels hebben vanuit het noordoosten (abietinus) gekoloniseerd, en de zuid-Zweedse vanuit het zuiden (collybita). Door het gat in de verspreiding is dit zeldzaam helder... Of was je vraag omdat je vermoedt dat er vele collybita over het gat heen schieten en met abietinus mengen?
Ger Meesters

Ger Meesters
 ·  9 November 2011  09:13

Hij riep niet als een fitis of tjiftjaf, maar ongeveer ti-sli, en niet hoe-iet. Overigens is de tjiftjaf bepaald geen algemene vogel in Härjedalen. Van Phylloscopus komt vooral Fitis voor. Ik zal nog een foto uploaden met de staart…
Arnoud B van den Berg

Arnoud B van den Berg
 ·  9 November 2011  12:41, gewijzigd 9 November 2011  15:36

Precies, Jelmer: de determinatie als abietinus is gebaseerd op verspreiding en betreft dus een aanname. Aangezien de verschillen tussen collybita en abietinus te gering zijn voor in het veld, gaat men er bijv voor onderzoek simpel vanuit dat alle tjiffen noord van 60N abietinus zijn en zuid van 60N collybita. Er komen nu echter wel tjiffen voor in het gebied rond 60N, dus dat grote gat zonder tjiffen is snel verdwenen (zie Ornis Svecica 17: 137-147, 2007). En er treedt vermenging op: al in de vorige eeuw in Zweden bij c 13% van abietinus en c 10% van collybita (J Av Biol 31: 548-558, 2000). De auteurs van dat laatste artikel hebben trouwens op verschillen gelet: bij abietinus GEMIDDELD langere staart en vleugel, hoger gewicht, puntigere vleugel, iets minder geelgroen en iets hogere frequentie van toon aan begin en eind van zang [iets wat door habitatkeuze/akoestiek kan ontstaan]. Kortom: je kunt op basis van deze foto alleen zeggen dat abietinus 'het meest voor de hand ligt'.
Ger Meesters

Ger Meesters
 ·  9 November 2011  13:14

De locatie van de vogel op deze foto is overigens 62,24.7006N 13,39.8815E

Gebruikers van het forum gaan akkoord met de forumregels.

Feedback?