Dutch Birding

Dutch Birding jaargang 32 nummer 3, 2010

Download Login

Cover

Blue-cheeked Bee-eater  ·  Merops persicus
René Pop

Artikelen / papers

155 - 162 Identification of Atlas Flycatcher in summer plumage
José Luis Copete, Rafael Armada, Ferran López & David Bigas

Determinatie van Atlasvliegenvanger in zomerkleed

Dit artikel bespreekt de variatie in het zomerkleed van Atlasvliegenvangers Ficedula speculigera aan de hand van gevangen vogels (zes mannetjes en drie vrouwtjes) en c 50 broedparen in het veld in Marokko. Bij mannetjes is de stuit vrijwel altijd bijna geheel zwart, zonder enig wit, maar een minderheid vertoont op de stuit enig tot vrij veel en opvallend wit, herinnerend aan de stuittekening van mannetjes Withalsvliegenvanger F albicollis. Een vrijwel geheel zwarte stuit bleek ook bij zorgvuldige bestudering in het veld het vaakst voor te komen.
De staart van adulte mannetjes Atlasvliegenvanger in zomerkleed (na tweede kalenderjaar) is geheel zwart (anders dan bij Bonte Vliegenvanger F hypoleuca hypoleuca). Eerste-zomer (tweede kalenderjaar) mannetjes hebben echter vaak (maar niet altijd) wit in de buitenste staartpennen. Dit betreft ongeruide staartpennen uit het juveniele kleed. Anders dan in literatuur wordt vermeld, vertonen ook eerste-zomer mannetjes Iberische Vliegenvanger F h iberiae wit in de buitenste staartpennen. Er is meer studie nodig om na te gaan met welke andere kenmerken Atlasvliegenvanger van Iberische Vliegenvanger is te onderscheiden (zoals de variabele hoeveelheid wit van voorhoofd, handpenvlek en tertials).
De enkele vrouwtjes Atlasvliegenvanger die zijn bestudeerd vertoonden wit op de buitenvlag van de twee buitenste staartpennen en de geruide binnenste grote dekveren hadden uitgebreid wit aan de top. Omdat het aantal onderzochte vrouwtjes erg klein is, zijn de kenmerken en de relatie met de leeftijd nog onvoldoende duidelijk.

José Luis Copete, Martínez de la Rosa 27 Principal 3a, 08012 Barcelona, Spain
(jlcopete@telefonica.net)
Rafael Armada, Collserola 9, 08756 La Palma de Cervelló, Spain
(rafaelarmada@gmail.com)
Ferran López, Consorci per a la Protecció i la Gestió dels Espais Naturals del Delta del Llobregat, Plaça de l\'Agricultura 4, 08820 El Prat de Llobregat, Spain
(ferranlopez@hotmail.com)

163 - 171 Yellow-legged Gull in Poland: status and separation from yellow-legged Herring Gull and hybrids
Grzegorz Neubauer, Marcin Faber & Magdalena Zagalska-Neubauer

Geelpootmeeuwen in Polen: status en verschillen met Zilvermeeuw met gele poten en hybriden

De status van Geelpootmeeuwen als broedvogel in Polen wordt besproken. De meeste broedgevallen van Geelpootmeeuw Larus michahellis betreffen gemengde paren, vaak met Pontische Meeuw L cachinnans, terwijl zuivere paren op slechts drie locaties in Polen zijn vastgesteld. Het gebrek aan geschikt broedhabitat en aan partners van de eigen soort is waarschijnlijk de bepalende factor voor de hoge hybridisatiefrequentie. Het onderscheiden van Geelpoot­meeuwen en geelpotige Zilvermeeuwen L argentatus is eenvoudig wanneer maten genomen worden en een constante, vrijwel diagnostiche combinatie van vleugelpuntkenmerken gebruikt wordt. Veldherkenning van Geelpootmeeuw in Centraal-Europa is echter aanzienlijk moeilijker dan in andere delen van het continent door het voorkomen van hybriden met Zilvermeeuw en, vooral, Pontische Meeuw, die beide algemeen zijn (en die ook onderling kruisen). Deze hybriden zijn variabel in uiterlijk maar hebben doorgaans intens gekleurde naakte delen en veel zwart in de vleugelpunt. Ze zijn ook intermediair in formaat en structuur en missen vaak de donkere irisvlekken karakteristiek voor Pontische. Zulke hybriden kunnen erg veel op zuivere Geelpoot­meeuw lijken en verkeerd gedetermineerd worden. In Centraal-Europa is het daarom wenselijk om een broedgeval van een op een Geelpootmeeuw lijkende vogel goed te documenteren.

Grzegorz Neubauer, Ornithological Station, Museum and Institute of Zoology, Polish Academy of Sciences, Nadwiślańska 108, 80-680 Gdańsk, Poland
(grechuta@miiz.waw.pl)
Marcin Faber, INTERREX - Colour Rings, Neckbands & Other Marks for Birds, Przybosia 5, 91-170 Łódź, Poland
(info@colour-rings.eu)
Magdalena Zagalska-Neubauer, Ornithological Station, Museum and Institute of Zoology, Polish Academy of Sciences, Nadwiślańska 108, 80-680 Gdańsk, Poland
(magzag@miiz.waw.pl)

172 - 188 Bird counting in Iran in January 2009
Edwin Winkel, Hamid Amini, Marc van Roomen & Jaap Schelvis

Vogeltellingen in Iran in januari 2009

In januari 2009 voerde een WIWO-team van één Belgische, 14 Iraanse en 17 Nederlandse vogelaars tellingen in acht van de 30 Iraanse provincies. De afgelopen jaren zijn meer van dergelijke gecoördineerde tellingen uitgevoerd. De nadruk bij de tellingen lag op water- en kustvogels maar ook andere soorten werden geteld en als \'bijvangst\' werden enkele zeldzaamheden of schaarse soorten waar­genomen, evenals bijzondere zoogdieren. Tellingen werden uitgevoerd door negen teams (in Hormuzgan werden twee teams ingezet). Door de grote droogte waren de aantallen water- en kustvogels in veel provincies lager dan bij eerdere tellingen en leverden plekken waar nog wel veel open water was juist hogere aantallen op. Per provincie zijn de belangrijkste resultaten samengevat (meest algemene soorten, hoogste aantallen, opmerkelijke waarnemingen en zeldzaamheden).
In Gilan waren de totale aantallen hoger dan in voorgaande jaren, met als meest opmerkelijke resultaten 1298 Kroeskoppelikanen Pelecanus crispus en 5530 Wilde Zwanen Cygnus cygnus. Twee Steppekieviten Vanellus gregarius betekenden de eerste winterwaarneming voor Noord-Iran. In Mazandaran, waar jaarlijks meer dan 1 miljoen watervogels overwinteren, werd in 2009 voor het eerst in 20 jaar ook een telling per vliegtuig uitgevoerd. De hoogste aantallen betroffen Meerkoet Fulica atra (bijna 780 000) gevolgd door Flamingo Phoenicopterus roseus, Fuut Podiceps cristatus en Nonnetje Mergellus albellus (4880). De meest bijzondere waarneming betrof de laatste wilde Siberische Witte Kraanvogel Grus leucogeranus van de westelijke populatie, vergezeld van een uitgezet (geringd en gezenderd) exemplaar. In Golestan had de aanhoudende droogte de aantallen beperkt maar ook hier scoorde een aantal soorten desondanks hoger dan in eerdere jaren. Meest bijzonder waren twee Chinese Klauwieren Lanius arenarius en drie Witvleugeldikbekken Mycerobas carnipes (zeldzaam in deze provincie). In Sistan-Baluchestan worden altijd lage aantallen watervogels geteld, ondanks het feit dat dit de grootste provincie is. Vermeldenswaard zijn bijvoorbeeld 1523 Kroeskop­pelikanen en 4501 Reuzenzwartkopmeeuwen Larus ichthyaetus. Een Grote Kanoet Calidris tenuirostris was de eerste voor de provincie. De zeldzaamste soort van de telling in 2009 was een eerste-winter Amoerroodpootvalk Falco amurensis op 24 januari bij het Lipar moeras; dit betrof de eerste waarneming voor Iran. In Centraal-Hormuzgan werden vooral steltlopers geteld; bijzondere resultaten waren 7722 Krabplevieren Dromas ardeola, 882 Breedbekstrandlopers Limicola falcinellus en 142 Grote Kanoeten. In Oost-Hormuzgan waren de aantallen \'normaal\' en werden bijvoorbeeld ruim 9000 Dunbekmeeuwen Chroicocephalus genei geteld. Bijzonderheden waren de derde Maskergent Sula dactylatra voor Iran, een groep van 29 Arabische Aalscholvers Phalacrocorax nigrogularis, een Parelduiker Gavia arctica (waarschijnlijk de eerste voor de Perzische Golf van Iran) en zes Indische Brilvogels Zosterops palpebrosus op twee locaties. In Khuzestan waren door de droogte veel minder vogels aanwezig dan in andere jaren. Bijzondere waarnemingen waren zeven Sporenkievieten V spinosus, een opgezette Havik Accipter gentilis (hier verzameld), een Grijze Wouw Elanus caeruleus en (slechts) één Afrikaanse Slangenhalsvogel Anhinga rufa. In Bushehr werden vooral steltlopers geteld en verder veel meeuwen en sterns, waaronder ruim 1000 Reuzen­zwartkopmeeuwen. Bijzonderheden waren een groep van 26 Oostelijke Kraagtrappen Chlamydotis macqueenii en acht Zijdestaarten Hypocolius ampelinus. In Fars waren de aantallen watervogels door de droogte ongeveer een kwart van wat in normale winters wordt aangetroffen. Bijzonderheden waren hier Oostelijke Kraagtrap, Zijdestaart en Gestreepte Dwergooruil Otus brucei.

Edwin Winkel, c/o WIWO, Postbus 6521, 6503 GA Nijmegen, Netherlands
(hravn@home.nl)
Marc van Roomen, c/o SOVON Vogelonderzoek Nederland, Postbus 6521, 6503 GA Nijmegen, Netherlands
(marc.vanroomen@sovon.nl)
Jaap Schelvis, c/o WIWO, Postbus 6521, 6503 GA Nijmegen, Netherlands
(jaap.schelvis@planet.nl)
Hamid Amini, Bureau Biodiversity and Wildlife, Department of Environment, Pardisan Eco-park, Hakim Highway, 14155 - 73155 Tehran, Iran
(amini_tareh@yahoo.com)

189 - 190 Hybride Koereiger x Kleine Zilverreiger bij Braakman in november 2009
Ies Meulmeester

Hybrid Cattle x Little Egret at Braakman in November 2009

A hybrid Cattle x Little Egret Bubulcus ibis x Egretta garzetta was observed at Braakman, Zeeuws-Vlaanderen, Zeeland, the Netherlands, on 3 November 2009. The identification was based on mixed features indicating both parent species, and a few atypical characters. The bill was very long with an atypical shape and pinkish colour, the legs were relatively short, aberrantly pale greenish, with, in flight, a very different proportion to the tail. The wing was very broad, especially at the base, showing overlap with the base of the tail-feathers.
This is probably the first record of this type of hybrid in the wild (although it had been recorded in captivity). Little Egret breeds at Braakman since 1999 and one or two Cattle Egrets have been staying in or close to the colony since at least 2006. A nest with two eggs of Cattle Egret found at Braakman in 2006 concerned the species\' second breeding record for the Netherlands. Furthermore, one was seen nesting here in 2008 and across the Scheldt river in Zuid-Beveland, Zeeland, a family with three juveniles was found on 4 July 2009. Although both species breed (or have bred) in each other\'s vicinity, no mixed breeding was ever observed. Nevertheless, it seems likely that the hybrid was of local origin.

Ies Meulmeester, Leliestraat 27, 4461 PC Goes, Nederland
(iesmeulmeester@solcon.nl)

191 - 193 Western Palearctic list updates: Yellow-eyed Dove
Vladimir Yu Arkhipov, Marcel Haas & Pierre-André Crochet

Corrigenda

194 Corrigenda
Redactie Dutch Birding

CDNA-mededelingen

194 Recente CDNA-besluiten
CDNA

DBA-nieuws

195 Enquête Dutch Birding 2009: verwerking resultaten; Questionnaire Dutch Birding 2009: results; Dutch Birding-webredactie krijgt vorm; Dutch Birding-vogeldag maart 2010; Dutch Birding-vogel(lang)weekend op Texel in oktober 2010; Toelichting jaarcijfers DBA

Aankondigingen & verzoeken / announcements & requests

195 - 198 Curlew photographs requested

WP reports

199 - 214 Late March–mid-May 2010
Arnoud B van den Berg & Marcel Haas

Recente meldingen / recent reports

215 - 225 Maart-april 2010
Roy Slaterus & Vincent van der Spek

DB actueel

226 - 228 Dunbekmeeuwen brengen flitsbezoek aan Walcheren en Texel [Slender-billed Gulls]; Dwergaalscholver in Ooijpolder [Pygmy Cormorant]
Feedback?