Fitis
Phylloscopus trochilus · Willow Warbler
Datum | 11 november 2024 |
---|---|
Locatie | Noordwijk |
Fotograaf | Maarten Wielstra |
Bekeken | 3239 × |
Het is meerdere vogelaars opgevallen dat fitissen die (te) laat in het najaar verschijnen vaak een ‘’afwijkend’’ uiterlijk hebben. De suggestie wordt gewekt dat er een of meer buitenlandse ondersoorten in het spel zijn. Vogels zien er bijvoorbeeld groter uit en/of foerageren langzamer. Soms wordt er gesproken over een langere snavel. Bovenal zijn er kleedkenmerken die opvallen. Mensen maken melding van koud gekleurde fitissen. Soms vallen ze op als erg bleek, soms juist als heel donkerbruin. Iets dat vaker is genoemd zijn sterk oranje gekleurde pootjes bij een sommige individuen. Hier en daar valt er een vleugelstreepje op bij waarnemers. Naar aanleiding van de vogel uit dit topic werd mijn interesse getriggerd om dit te willen uitzoeken. De Noordwijkse vogel valt mij op als ‘’donker’’, bruinig en de pootjes zijn opvallend oranje. Vooral die combinatie maakt dat de vogel er in mijn ogen anders uitziet dan de Fitissen zoals ik ze in september tegenkom. In de periode van 20 oktober – 28 november ben ik in op internet meer vogels met deze kenmerkencombinatie tegengekomen, al dan niet bestempeld als opvallende fitissen door de waarnemers. In deze periode valt op dat veel fitissen een andere gezichtsuitdrukking hebben. Snavels lijken vaak langer en krommer, oogjes lijken kleiner, wenkbrauwstrepen onduidelijker. De vogels hebben niet het schattige uiterlijk van de reguliere fitis en lijken zelfs depressief of agressief! Mijn indruk is dat koprui optreed in deze tijd en dat dit die afwijkende kopjes deels of misschien wel geheel verklaard: de snavelbasis komt bloot te liggen, veerpartijen rond de ogen en wenkbrauwen zijn slordig geworden. Het roept bij mij de vraag op in hoeverre overige kenmerken ook worden aangetast door seizoenverschijnselen: worden pootjes meer oranje door het afslijten van donkere kleuren? Worden vogels kleurlozer of bruiner door het wegvallen van groene en gele tinten? Het bleek niet eenvoudig om harde grenzen te trekken bij een poging late fitissen te categoriseren. Ook bleken lichteffecten de kleur van individuen op diverse foto’s dusdanig te beïnvloeden dat het correct interpreteren ervan soms heel lastig was. Zonder harde uitspraken te durven doen, probeer ik toch wat suggesties te doen over de verschillende patronen die zich naar mijn idee manifesteren in de fitiswereld van het late najaar en de winter. Dit doe ik zonder uitgebreid de beschikbare literatuur te kopiëren, dus corrigeer me vooral. Omdat ik het zelf heel interessant vind, maar ook omdat ik hoop dat mensen er nóg beter op gaan letten. Hopelijk levert het bijvoorbeeld meer foto’s op van opvallende vogels en gaan mensen vaker een DNA sample veiligstellen bij vangsten. Volgens de geschriften en/of geruchten is de Noordse Fitis, ondersoort acredula, wat bleker dan onze trochilus. Minder geel van onderen, minder groen van boven. Er zijn kleurloze exemplaren bekend, maar meestal zijn er nog wel wat geel/groentinten op met name de bovendelen zichtbaar. Het lijkt erop dat onze trochilus hierin overlap vertoont en dat er in elk geval in het zomer halfjaar ook volledig kleurloze beesten bij zitten (vraag het Frank Neijts!). Fotografische en lichteffecten ook hier weer bedrieglijk zijn, dus maak vooral zo veel mogelijk foto’s bij een verdacht beest! Omdat de bleke acredula zo moeilijk te begrenzen is en waarschijnlijk ook totaal niet zeldzaam is in Nederland, heeft deze variant niet mijn interesse gewekt en werk ik hem hier ook niet verder uit. Ik concentreer me liever op die intrigerende ‘’wortelpotigen’’ (naar Marijn Prins) en ben alongside ook gefascineerd geraakt door de ondersoort yakutensis. Dit late taxon staat niet bekend om een opvallende pootkleur, maar vooral als een kleurloos dier uit het verre noordoosten. Er schijnt volledige overlap te zijn (althans op enkele getoetste kenmerken zoals de kleur van de borst en wat saaie metingen) met acredula en het is onduidelijk in hoeverre er sprake is van een clinaal verloop tussen beide taxa. Naar het oosten toe schijnt de kleur wel wat af te nemen en volgens HBW zouden ze ook bruiner worden (maar of ze dan ook wortelpoten krijgen?). Zoals gezegd kan trochilus ook van kleur ontdaan zijn, om het nog ingewikkelder te maken. Toch koester ik yakutensis, omdat ik een patroon van vogels/foto’s heb gezien op doortrek in het Midden-Oosten waarbij ik niet geloof dat dit trochilus en/of acredula is. Een mooie reeks uit Israël uit de periode 7 -15 oktober is bijvoorbeeld te vinden op de website van Yoav Perlman: Het gaat om vogels die elke kleur missen en vooral heel grijzig zijn. Met een zonnetje erop zou je het bruingrijs kunnen noemen. Opvallend is dat de naakte delen ook vrij donker zijn. Bij de eerste link omschrijft Yoav hoe hij zelfs aanvankelijk te maken denkt te hebben met een Siberische Tjiftjaf vanwege de donkere poten. De vleugelformule geeft de doorslag, want er is geen versmalling op P6. Bij enkele van zijn voorbeelden van vermeende yakutensis zijn de roetflanken erg opvallend, iets wat je bij een Fitis of Siberische Tjiftjaf overigens ook niet zou verwachten. Ik krijg de indruk dat dit soort vogels ook beperkte buff en/of melkthee (dubieuze term, want hoeveel melk doe jij erin!?) tinten hebben, waardoor er in vergelijking met Siberische Tjiftjaf met de zon erop een wat witter wenkbrauwstreepje overblijft en het ook klassieke beeld van Siberische Tjiftjaf met oranjeroze wang en Kleine Spotvogel bovendelen uitblijft. Eén van de zeer weinige en ook gelijk de beste van de kanshebbers in Nederland, welke ik tijdens het speuren op internet tegenkwam, was deze: Op sommige foto’s bij deze waarneming is er ook een redelijk grijze flank te zien! Net als de Israëlische vogels komt deze vrij kleinsnavelig op mij over, maar de ervaring leert (Braamsluipers!) dat je hier beter niet te veel uitspraken over kunt doen. Hier volgt nog een reeks andere kandidaten, waarover ik (verpest door het beeld van de Israëlische vogels) stuk voor stuk minder enthousiast ben (moeilijke foto’s, ‘’verkeerde’’ kleurtjes en proporties, etc.): Schiermonnikoog 19 oktober 2019 Terug naar die donkerbruine vogels met diep oranje poten en ondersnavels, welke het stokje van de yakutensis kandidaten per 20 oktober lijken over te nemen! Op zoek naar een patroon heb ik tot nu toe geen overtuigende aanknopingspunten gevonden die een toevallige combinatie van beide punten minder toevallig maakt helaas. De poten lijken soms wat langer en dikker (door buikrui en pootkleurslijtage?), de kop soms wat woester (zie mijn verhaal hierboven over koprui), de wenkbrauw, borst en anaalstreek eerder wat buff of ‘’valsgeel’’ dan wit of geel…De waarheid is dat er op elk van deze punten wel overlap of hier en daar een uitzondering te vinden is, welke het afbakenen van een nog onbeschreven ondersoort lastiger maakt. Maar juist dit soort dingen weerhoudt mensen ervan om dieper op dit soort kwesties in te duiken en zou ervoor kunnen zorgen dat we iets missen, of iets niet willen zien! The truth is out there! Hier volgt tenslotte een verzameling van de meest interessante voorbeelden die ik vond van ‘’wortelpotigen’’. De vogel van Rhoon is gevangen en bleek zoals op de november foto’s al te zien nogal groenig. Vanwege de woeste kop, de donkere bovendelen en joekels van oranje poten deze vogel toch maar in deze categorie meegenomen: Hoek van Holland 20 oktober 2013 Hondsbossche Zeewering 10 november 2017 & zelfde vogel op 12 november Rhoon 23 november 2018 & zelfde vogel op 5 december |
Discussie
Maarten Wielstra
·
1 december 2024 02:40, gewijzigd 1 december 2024 19:23
Nog wat relevante linkjes uit de Dutch Birding gallery:
Eerdere discussie n.a.v. de Hondsbosscher vogel
Eerdere discussie n.a.v. de Schier 2019 vogel
Eerdere discussie n.a.v. kleurloze broedvogels in NL
Maarten Wielstra
·
1 december 2024 07:03, gewijzigd 2 december 2024 21:58
En nog even een kritische noot over die zogenaamde kleurloosheid van yakutensis:
Yakutensis met lichte pootjes, geel in wenkbrauw, groen in vleugel & Geel borstje bij yakutensis
Lekkere bruine yakutensis & Check die twee yakutensis balgen! Donkerbruin, onder buffig en spoortjes geel, eentje ook met vleeskleurige poten (mits te beoordelen)
Jan Hein van Steenis
·
1 december 2024 11:15
Ik had deze zingende Fitis in november 2017 in het Ruhrgebied. Helaas niet gezien: https://www.ornitho.de/index.php?m_id=54&id=29033305
Wim Wiegant
·
1 december 2024 16:45, gewijzigd 1 december 2024 16:46
Mooi bij elkaar, Maarten.
Ik let nooit op Fitissen, maar dat ga ik vanaf nu zeker doen...!
Zoals met mijn eerder begonnen hobby's: vlinders (in september 1992) en orchideeën (eind juni 2021) begin ik als het eigenlijk net te laat in het seizoen is...
Leo JR Boon
·
1 december 2024 21:23
Mijn bijdrage uit de Eifel, november vogel kortstondig in de tuin, goed gezien maar toen ik camera erbij had gehaald kon ik nog net een paar slechte fotos maken.
George Sangster
·
1 december 2024 23:43
Maarten,
Je bent goed bezig! Is het een idee om dit fenomeen (phenotypische variatie van Fitis is het late najaar) uiteindelijk in een klein engelstalig artikel in DB te beschrijven, waarbij je (links naar) de gebruikte data beschikbaar maakt? Het onderwerp is interessant genoeg voor publicatie. Je hoeft beslist niet alle vragen die gerezen zijn te beantwoorden. Soms is het stellen van vragen al een belangrijke stap. Wellicht inspireert het te zijner tijd een ander (in NL of daarbuiten) om het onderwerp op te pakken, de data set uit te breiden, of van een andere invalshoek te bekijken.
Mijn eigen indruk (meer niet) is dat 'yakutensis' geen echt taxon is maar slechts het oostelijke deel van een lange longitudinale cline is. Geografische variatie van Fitissen in de broegebieden buiten Europa is nog niet grondig beschreven (i.e. gekwantificeerd), en is tot nu toe steeds gebaseerd geweest op een vergelijking van trochilus, acredula en yakutensis. Geografische variatie hoeft niet gelijk op te gaan voor elk kenmerk, waardoor het best mogelijk is dat sommige oostelijke populaties bijv. wel de pootkleur van 'yakutensis' hebben maar niet de kleur bovendelen die met dat taxon wordt geassocieerd (etc). Een grondige studie van geografische variatie van kenmerken afzonderlijk (i.p.v. een vergelijking tussen vaag afgebakende ondersoorten) zou erg nuttig kunnen zijn, ook om te bepalen waar 'onze' late vogels vandaan kunnen komen.
Mijn (ongevraagd) advies is dan ook om ons niet blind te staren op de vraag 'is dit late beest een yakutensis?', maar de aandacht vooral te vestigen op het beschrijven van de vogels en het in kaart brengen van de variatie die we hier zien (zoals Maarten al doet). Hopelijk kan, op een dag, die variatie gelinkt worden aan de geografische variatie in de broedgebieden en kunnen we voor elke goed beschreven late vogel zeggen ten oosten van welke lengtegraad de vogel vermoedelijk afkomstig is.
Maarten Wielstra
·
2 december 2024 12:02, gewijzigd 2 december 2024 12:05
@Jan Hein: de zang doet me op 1e indruk niet aan als een "yakutensis", maar met subzang lijkt me dat extra moeilijk te beoordelen. Dan baseer ik me natuurlijk puur op mijn 1e, snelle conclussie dat yakutensis meer neigt naar snelle, monotonere trillers i.p.v. rustig, trapsgewijs afnemende noten.
@Leo: kop is lekker "woest", passend bij de datum. Verder behoorlijk groen boven en bleek onder, met zo te zien behoorlijk "pigmentloze" poten. Geen klassiek beeld van "de wortelpotige" (maar misschien wel zo als de vogel van Rhoon) noch een kleurloze yakutensis, afgaande op de moeilijke plaatjes.
@George: bedankt voor de bevestiging dat het nuttig is. De gedachte aan een grote variatie en een clinaal verloop is heel onaantrekkelijk voor de meeste vogelaars, inclusief mijzelf. Helaas vrees ik dat je gelijk hebt. Toch zou het mooi zijn als er een paar georafisch geisoleerde populaties met constante kenmerken blijken te zijn, in my dreams. Maar zoals je zegt is het leuk als we kunnen zien waar een beest ongeveer vandaan komt, los van wat het DNA prijsgeeft. Niet leuk voor lijstjes, wel voor het gevoel. "Ze" lijken toch redelijk zeldzaam te zijn! Of het tot een artikeltje gaat komen weet ik nog niet, daarvoor heb ik meer nodig en ben ik afhankelijk van of mijn motivatie hoog genoeg blijft ;). Zolang ga ik er vanuit dat de echte ufojagers dit soort websites afstropen en google translate gebruiken.
Peter de Knijff
·
2 december 2024 14:50
Een bewonderenswaardige poging Maarten. Hieronder nog wat, wellicht relevante, informatie.
De gelijkelijke overgang in uiterlijk en - voor een deel - biometrie van de Fitis ondersoorten is natuurlijk al heel lang bekend. In zijn zeer uitgebreide beschrijving van de Fitis begint Ticehurst (A sytematic review of the genus Phylloscopus, London, 1938) aldus:
“The Willow-Warbler which breeds from Ireland in the west right across Europe and Asia to the mouth of the Kolyma river in the Far Eastern Siberia, naturally shows some geographical variation and affords a good example, as do many other widely distributed species of continuous geographical range, of the impossibility of labelling with a name every specimen, or even assigning a name to the form in some areas. The facts ascertained after an examination of a very large amount of material (over 1,000 specimens) are quite simple; the translation of those facts into terms of zoological nomenclature is well nigh impossible.”
En vervolgens barst hij toch weer los in zijn poging om orde in deze ogenschijnlijke chaos te scheppen. En passant verwerpt hij ook de eerder beschreven vormen fitis en eversmanni als junior synoniemen.
Ook in ons onvolprezen tijdschrift is de discussie over de Fitis ondersoortenherkenning minstens tweemaal onderwerp van discussie geweest. Zie daarvoor de onderstaande twee artikelen:
van Loon AJ. Mystery photograph 39: Willow Warbler. Dutch Birding 1991; 13: 67-69
Kok D, Duivendijk N. Solutions of third round 2001: Willow Warblers; Fourth round 2001. Dutch Birding 2001; 23: 211-215.
Lars Svensson (in zijn vijfde herziene versie van de Identification guide to European passerines, Stockholm. 2023) heeft minder woorden nodig dan Ticehurst:
“Variation & Range Very slight and clinal variation; wide areas of intergradation: numerous birds - and even populations - cannot be referred to a certain subspecies. “
Maarten Wielstra
·
2 december 2024 22:09, gewijzigd 3 december 2024 07:45
Vrij groenig voor een "wortelpotige", Scilly's nov2024 (samen met een acredula-type vogel)
Scilly's 25 okt 2018, poten vrij donker voor een "wortelpotige"
Maarten Wielstra
·
3 december 2024 21:15, gewijzigd 3 december 2024 21:16
@Wim: leuk dat je ook gaat opletten. Gelukkig zijn na 20 oktober de meeste bloemen en vlinders wel verstopt en kapot. Ook ik ben altijd te laat. Toen ik vroeger tijd te veel had, verknoeide ik mijn vrije tijd met sociaal doen en ontdekken wie ik ben enzo. Nu ik praktisch nooit meer tijd heb, zou ik niets liever doen dan op zoek gaan naar zeldzame vogels!
@peter: ik ben geneigd er niets van te willen geloven, maar als ik foto's doorscroll uit verschillende broedgebieden raak ik ontmoedigd door de enorme variatie! Zou de "wortelpotige" gewoon een off season morph zijn?
Zonet toch ook maar eens een mailtje naar de UK verzonden om de ervaringen daar te peilen. Ik zal ook Frankrijk gaan benaderen...
Maarten Wielstra
·
3 december 2024 23:50
In Frankrijk kennen ze het fenomeen niet. Fitissen na 20 oktober zijn daar te raar ook.
Gebruikers van het forum gaan akkoord met de forumregels.